Italiaanse politieromans
De maand juni is ieder jaar de Maand van het Spannend Boek. Dit jaar staat de misdaadbestrijder, de politieman, centraal. Het leek me leuk de Italiaanse politieromans eens te bekijken.
Giallo, geel. Zo noem je in het Italiaans een politieroman, of detective. Rare naam. Wat heeft die kleur nu met detectiveverhalen te maken?
Niets in taalkundige zin, maar alles met de eerste Italiaanse detectiveserie. Vanaf 1929 gaf uitgever Arnoldo Mondadori een reeks detectives uit, die verscheen in een geel jasje, en zo werd de kleur uiteindelijk synoniem voor de politieroman.
Wie heeft het gedaan?
De verwikkelingen rondom de vraag ‘Wie heeft het gedaan’ is een detective in zijn meest klassieke vorm. Een van de eerste klassieke detectiveverhalen van Italiaanse bodem was Il mio cadavere uit 1852 van de Napolitaanse schrijver Francesco Mastriani.
Waar het detectivegenre vervolgens tussen 1920 en 1940 in andere Europese landen en de VS zijn hoogtijdagen had, was dat in Italië niet het geval. Het fascistische regime verbood het namelijk. Zelfs de populaire ‘gele’ reeks van Mondadori moest stoppen: de verhalen waren in strijd met het positieve beeld van Italië, dat het regime wilde verspreiden. In 1946 schreef de gevierde Emilio Gadda van de weersomstuit zijn politieroman Quer pasticciaccio brutto de via Merulana, en later waagt ook Leonardo Sciascia zich aan het genre met Il giorno della civetta (De dag van de uil). Vanaf de jaren 80 kan de politieroman eindelijk op steeds meer bijval rekenen in Italië en met schrijver Andrea Camilleri worden ook de series rondom één politieman geboren, met zijn succesvolste personage commissaris Montalbano. Andere succesauteurs van de Italiaanse gialli zijn bijvoorbeeld Gianrico Carofiglio, Loriano Macchiavelli en de overleden Giorgio Faletti, wiens thriller Io uccido als Ik dood in het Nederlands verscheen.
Bologna: Sarti Antonio, door Loriano Macchiavelli
In Bologna probeert Sarti, Antonio het misdaadgilde in het gareel te houden. Loriano Machiavelli, Bolognese, geeft zijn carrière een definitieve boost als hij in 1974 begint met politieromans schrijven. Zijn verreweg bekendste boeken zijn die over brigadiere Antonio Sarti, geen groot licht als het om opsporingswerk gaat maar wel sympathiek, en zijn linkse vriend Rosas, een eeuwige student, die juist alles overziet en alle details die Antonio hem toevertrouwt naadloos aan elkaar weet te weven. De reeks was razend populair tot in de jaren 90 en werd in veel talen vertaald. Ook werd er een televisieserie van gemaakt, die seizoen na seizoen een hit was. Toen Macchiavelli wilde stoppen met de serie over zijn personage, kreeg hij zelfs zoveel protest van zijn lezers, dat hij verderging met schrijven. Bovendien schreef hij een drietal kinderboeken over zijn inspecteur. Een succes vooral ook door de introductie van het dertienjarig straatschoffie met wie Sarti bevriend raakt. Hij loopt Sarti vreselijk in de weg, maar neemt samen met Rosas de rol op van de echte misdaadoplosser.
Twee van de drie kinderboeken over inspecteur Sart zijn onlangs in het Nederlands verschenen in mooie uitgaves voor kinderen vanaf ongeveer 10 jaar.
Rome: commissario Balistreri, door Roberto Costantini
De jongste telg uit deze rij politiecommissarissen: Michele Balistreri is het hoofdpersonage uit Roberto Costantini’s trilogie van het kwaad, waarvan onlangs het derde deel uitkwam. De romans spelen deels in Tripoli, waar Balistreri geboren is, deels in Rome, tussen de jaren 60 van de vorige eeuw en 2011. Zijn jeugd brengt Balistreri in Tripoli door ten tijde van de Italiaanse kolonie. De verhalen van de trilogie spelen jaren later, als hij leeft als gedesillusioneerde politiecommissaris in een ingeslapen wijk in Rome. Zijn werkdagen sluit hij af met nachten van seks, alcohol en poker.
De drie boeken die spannend zijn tot aan het einde zijn onlangs in het Nederlands verschenen.
Sicilië: Montalbano, door Andrea Camilleri
Misschien wel de bekendste in Nederland: commissario Salvo Montalbano, in het denkbeeldige stadje Vigata op Sicilië. Camilleri schreef tussen 1994 en nu een respectabele lijst van bijna 40 boeken over hem. Camilleri’s beschrijvingen zijn zo beeldend dat alles Sicilië ademt, ondanks de verzonnen plaatsnamen. En dat geldt ook voor de taal waarin hij schrijft: een geniale, zelfbedachte taal die op Siciliaans lijkt, maar voor iedere niet-Siciliaan (die Italiaans spreekt) prima te begrijpen valt.
Montalbano is in zichzelf gekeerd, nogal knorrig en houdt niet van de media. Hij is dol op eten, vooral op vis, en eet meestal in zijn favoriete restaurant. Hij haat moderne technologie en vertrouwt liever op zijn eigen boerenverstand.
De Rai verfilmde de opsporingen van Montalbano en de televisieserie (ook op dvd te verkrijgen) heeft er intussen negen seizoenen opzitten! Iets minder dan de helft van de boeken over Montalbano is in het Nederlands verschenen.
Venetië: commissario Brunetti, door Donna Leon
Opvallend. De populaire en in vele talen verschenen serie politieromans over commissario Brunetti, die zich in Venetië afspelen, zijn juist niet van Italiaanse bodem. Ze zijn zelfs niet in het Italiaans vertaald! Schrijfster, Donna Leon, woonde wel vijfentwintig jaar in Venetië, maar schreef de boeken commissaris Montalbano en Inspecteur Sarti, een niet te versmaden Italiaanse sfeer en mochten daarom toch niet helemaal in dit rijtje ontbreken. Alle drie een must voor iedereen die houdt van Italiaans gedoe en Italiaanse humor in deze maand van het spannend boek.
Misschien lees je ook graag deze blogs:
Wie is Loriano Macchiavelli , Boekvertaling: mythes en taboes , Leesplezier met detectives